Bel mij terug

Zoek op trefwoord

Filter

Kies een categorie

Internationaal Ondernemen

Internationaal ondernemen standpunt

In het kort

Handel en de Nederlandse economie zijn sterk met elkaar verweven. Buitenlandse handel is van groot belang voor de verdienkracht en de welvaart van de Nederlandse economie. Een derde van onze werkgelegenheid en ons inkomen is direct afhankelijk van de export. Nederlandse mkb-maakbedrijven kunnen goed concurreren met het buitenland. Koninklijke Metaalunie constateert echter dat een aantal belangrijke basisvoorwaarden voor optimaal internationaal ondernemen onder druk staan. Zo sluit het handelsbeleid van Nederland niet altijd aan bij de behoefte van mkb-bedrijven, piept en kraakt het ‘eerlijk speelveld’ in Europa, wordt het exportpotentieel van mkb-maakbedrijven nog niet optimaal benut en hebben we te maken met ‘oneerlijke concurrentie’ vanuit landen als China en India. Metaalunie ziet echter ook kansen: een meer vraaggestuurd handelsbeleid (voor mkb-maakbedrijven), een sterk Europees innovatie- en industriebeleid, met onder andere focus op strategische onafhankelijkheid, en het sluiten van heldere handelsverdragen met derde landen kan de internationale handel een enorme boost geven.

Nederland verdient zijn geld in het buitenland
De welvaart in Nederland hebben we voor een groot gedeelte te danken aan onze internationale handel. Een aantal cijfers (bron: CBS): 

  • In 2021 exporteerde Nederland voor 798 miljard euro aan producten en diensten; 
  • Aan die export verdiende Nederland 279 miljard euro;
  • De industrie profiteerde met 105 miljard euro het meest; 
  • Na China, Duitsland, de VS en Japan is Nederland de grootste goederen exporteur van de wereld;
  • Nederland is verantwoordelijk voor 3,3% van de totale wereldexport; 
  • Ruim driekwart van onze goederenexport heeft Europa als bestemming. Duitsland België, Frankrijk en het VK zijn onze belangrijkste exportlanden. Polen staat in de top tien van exportlanden en is de sterkste groeier. De VS is onze belangrijkste goederenbestemming na Europa.


Publiek-private samenwerking kan nog beter
Metaalunie vindt dat het Nederlandse handelsbeleid meer vraaggestuurd 
moet worden ingevuld. Er moet (nog) meer gekeken worden naar de behoefte van Nederlandse ondernemers bij het vaststellen van de ondersteuning,
instrumenten en activiteitenagenda. Dit vraagt om een intensivering van de publiek-private samenwerking. Een wisselwerking waarbij de behoeftes van ondernemers worden vertaald naar een goed ondersteuningspakket van de overheid. 


Metaalunie vindt dat niet alleen de zogenaamde topsectoren hierbij leidend moeten zijn, maar de behoefte en wensen van alle (potentieel) internationaal actieve ondernemers en sectoren. Natuurlijk is het maken van keuzes – voor sectoren die het meest kansrijk zijn – van belang, maar vergeet ook niet de grote groep ondernemers die niet direct in die topsectoren vallen maar wel exportpotentieel hebben. Door nadrukkelijker kennis te verzamelen en wensen te inventariseren, kan een doelgerichter exportbeleid worden vastgesteld. Terwijl de focus van de handelsbevordering op het mkb is gericht, ziet Metaalunie dat in de praktijk nog onvoldoende kennis is van het mkb-bedrijf, de werkwijze en de behoefte aan ondersteuning. 


Handelsverdragen
Nederland is een open economie en heeft veel baat bij een systeem van vrije handel. Omdat de vrije handel steeds meer onder druk staat, is het belang om goede handelsverdragen te sluiten. Metaalunie is voorstander van het tot stand komen van nieuwe handelsverdragen die de EU afsluit met derde landen. Bedrijven kunnen zo makkelijker, goedkoper en efficiënter handel drijven. Uiteindelijk betalen consumenten lagere prijzen en hebben zij meer keuze. Ook voor het mkb zijn handelsverdragen belangrijk. Voor deze bedrijven is het extra belangrijk dat de spelregels rond handelsverdragen, rond bijvoorbeeld verlaagde importtarieven, helder en makkelijk te implementeren zijn.


Eerlijk speelveld in Europa
De Nederlandse economie heeft enorm voordeel van het vrije verkeer van goederen en diensten binnen de EU. Om er voor te zorgen dat we op een eerlijke wijze met elkaar handel kunnen drijven binnen de EU, is het van groot belang dat we spelregels hebben en naleven. Alleen dan kan er op eerlijke wijze met elkaar geconcurreerd worden. Dat “gelijkspeelveld” binnen Europa is niet altijd vanzelfsprekend. Juist in de dagelijkse praktijk blijkt dat EU-wetgeving niet altijd transparant is en er gelijke en ondubbelzinnige regels ontbreken, waardoor uniform bedoelde wetgeving door individuele EU-lidstaten verschillend wordt geïnterpreteerd en gehandhaafd. Metaalunie vindt dit onwenselijk. Ondernemers hebben vaak geen behoefte aan nieuwe wet- en regelgeving, maar vooral aan een duidelijkere uitleg en interpretatie, inclusief een betere handhaving, van bestaande wetten en regels. Naast betere regelgeving dient het Europese ondernemersbeleid te streven naar het harmoniseren van concurrentievoorwaarden binnen de EU. Tevens moet het ondernemersbeleid de randvoorwaarden creëren voor ondernemers om innovatiever, efficiënter en milieuvriendelijker te kunnen ondernemen. Het huidige Europese speelveld vertoont – ondanks alle geslaagde inspanningen in het verleden om tot harmonisatie te komen – nog steeds vele hobbels en gaten. 


Strategische onafhankelijkheid
De toenemende geopolitieke spanningen in de wereld, de klimaatcrisis, de energiecrisis, het gevecht om de grondstoffen en de uitbraak van de corona pandemie hebben de kwetsbaarheid van de toeleverketens blootgelegd. Ze hebben er toe geleid dat landen en machtsblokken steeds vaker hun eigen economieën beschermen en belang hechten om strategische autonomie na te streven. Ook Metaalunie is voor een eigen strategische onafhankelijkheid, want de continuïteit van de maakindustrie is in het geding. We zullen voor grondstoffen en (eind)producten minder afhankelijk moeten worden. Metaalunie is echter tegenstander van het opwerken van handelsbarrières om de eigen industrie te beschermen. Het antwoord moet komen uit het creëren van meer mogelijkheden voor innovatie – en daarmee concurrentiekracht – bij het mkb. 


Antidumping en antisubsidiemaatregelen
Metaalunie is voorstander van vrijhandel, omdat dit extra werkgelegenheid en welvaart creëert. De handel kan echter worden verstoord wanneer landen op oneerlijke wijze producten subsidiëren of overmatig produceren en er voor goederen veel minder betaald moet worden dan de prijs die in het land van herkomst gebruikelijk is. Dumping is niet verboden, maar overheden mogen maatregelen treffen om eigen industrie te beschermen. Dumping kan veel schade toebrengen aan bedrijven die niet meer eerlijk weten te concurreren. Daarom is Metaalunie in principe vóór antidumpingmaatregelen zoals deze door de EU kunnen worden ingesteld. Immers, een dergelijk maatregel zorgt ervoor dat de prijs van het “gedumpte” product op hetzelfde niveau komt te liggen als het in Europa geproduceerde product. Zo ontstaat er opnieuw een gelijk speelveld. 


Er zijn echter ook effecten van antidumpingmaatregelen die negatief kunnen werken voor de maaksector, daar waar het gedumpte product een inkoopproduct is die verder wordt verwerkt in het productieproces. Een lage prijs is dan interessant voor ondernemers. Een antidumpingmaatregel werkt dan kostenverhogend voor de producent die deze hogere kosten, indien dat mogelijk is, zal doorbelasten aan de klant. Bij langlopende contracten kan dat echter voor problemen zorgen. Ondernemers hebben uiteindelijk belang bij stabiliteit als het gaat om de inkoop van productiemiddelen. 


Concluderend is Metaalunie voor antidumpingmaatregelen, maar vragen wij tevens ook oog te hebben voor de negatieve aspecten die antidumping met zich mee kunnen brengen voor de maaksector. 

Ook interessant