Bel mij terug

Zoek op trefwoord

Filter

Kies een categorie

Wet Verbetering Poortwachter

Wetgeving

In het kort

De Wet Verbetering Poortwachter bepaalt dat werkgever en werknemer in geval van ziekte gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een zo spoedig mogelijke terugkeer naar het werk en schrijft achtereenvolgens de onderstaande acties voor.

 

Dag 1: de ziekmelding
De ziekmelding van de werknemer moet door de werkgever tijdig worden gemeld bij de arbodienst; als tijdig wordt in het algemeen genomen uiterlijk binnen een week na ziekmelding door de werknemer. Het is raadzaam de voorwaarden van uw verzekering hierop na te slaan. Let op: indien de werknemer de status van arbeidsgehandicapte heeft, dient de ziekmelding uiterlijk op de 4e dag te geschieden bij het UWV.

Week 6: probleemanalyse door de arbodienst
De arbodienst geeft bij dreigend langdurig ziekteverzuim uiterlijk 6 weken na de eerste ziektedag een oordeel over de aard van het ziektebeeld en adviseert over de mogelijkheden tot herstel en werkhervatting. Bij dreigend langdurig ziekteverzuim moet een re-integratiedossier worden opgesteld, waarin alle activiteiten in het kader van de werkhervatting worden vastgelegd.

Week 8: Plan van Aanpak en periodieke evaluatie
Uiterlijk in de achtste week na de ziekmelding maakt de werkgever op basis van het advies van de arbodienst, samen met de werknemer een Plan van Aanpak. Uit het Plan van Aanpak moet duidelijk worden hoe werkgever en werknemer - in stappen - de terugkeer naar de werkplek denken te realiseren. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd in het re-integratiedossier en regelmatig geëvalueerd en bijgesteld.

Week 42: melding UWV
In de 42ste week dient de werkgever het UWV te informeren over de ziekte.

Tussen week 46 en week 52: eerstejaars evaluatie
Hoewel er geen vast tijdstip is vastgelegd voor het eerstejaars evaluatiemoment, ligt het voor de hand dit tussen week 46 en week 52 te houden, waarbij wordt gekeken naar wat partijen voor ogen stond bij de re-integratieactiviteiten en of dat is bereikt. Bij het oordeel van het UWV of er voldoende is gedaan aan re-integratie, kijkt het UWV ook naar het evaluatieformulier.

Maand 20: re-integratieverslag
In de 20e maand stelt de werkgever samen met de werknemer een re-integratieverslag op aan de hand van het dossier dat in de loop van de tijd is gevormd. Het medische deel van dit verslag verzorgt de Arbodienst. Het UWV beoordeelt als 'poortwachter' of beide partijen zich voldoende hebben ingespannen om te voorkomen dat de werknemer in de WIA terechtkomt.

Deskundigenoordeel
Wanneer werkgever en werknemer het oneens zijn over het wel of niet ziek zijn dan wel over de re-integratie-inspanningen, kan het UWV worden gevraagd om een deskundigenoordeel.

Sancties
Voor zowel werkgever als werknemer zijn sancties verbonden aan het niet-naleven van de regels. Als de werkgever onvoldoende heeft gedaan om de werknemer te re-integreren kan het UWV de WIA-aanvraag afwijzen en de verplichte loondoorbetaling tijdens ziekte verlengen met maximaal 52 weken. Dit betekent dat de totale periode van loondoorbetaling maximaal 156 weken kan duren: 104 in de eerste twee ziektejaren en maximaal 52 weken verlenging.

Als de werknemer zonder goede reden niet meewerkt aan een snelle re-integratie, kan de werkgever in sommige situaties loon inhouden. Ook het UWV kan in zo'n geval een sanctie opleggen in de vorm van een korting op de WIA-uitkering.

Inschakeling re-integratiebedrijven
De werkgever is in bepaalde gevallen verplicht zoveel mogelijk inspanningen te plegen om de zieke werknemer bij een andere werkgever te plaatsen. Deze verplichting bestaat minimaal zolang het dienstverband duurt.

> Meer informatie vind u in onze notitie Wet Verbetering Poortwachter hieronder.

Ook interessant