Koninklijke Metaalunie en FME hebben in januari 2017 samen met de rijksoverheid en andere partijen het Grondstoffenakkoord (mede)ondertekend. Zij deden dat onder de vlag van de Circulaire Metaalketen (CMk). Voornaamste doelen van het (mede)ondertekenen: 1) leveringszekerheid van grondstoffen en 2) nieuwe (circulaire) businessmodellen.
Uitdaging
Op basis van het Grondstoffenakkoord zijn vijf transitietafels circulariteit geformeerd die ieder eind 2017 een transitieagenda hebben gepresenteerd. De vijf tafels hadden betrekking op: biomassa en voedsel, kunststoffen, consumptiegoederen, de maakindustrie en de bouw. Vooral bij de laatste twee tafels / agenda’s waren het industriële mkb-metaal en de technologische industrie nauw betrokken. Metaalunievoorzitter Fried Kaanen was voorzitter van de transitietafel maakindustrie. Medio 2018 heeft het kabinet gereageerd op de transitieagenda’s en in 2019 is door meerdere partijen, waaronder Metaalunie en de overheid, begonnen met het Uitvoeringsprogramma Circulaire Maakindustrie. Er moet vol worden ingezet Leveringszekerheid, verminderde milieudruk / resource efficiency en het sluiten van de kringloop.
Standpunt Metaalunie
De Nederlandse maakindustrie levert een uiterst belangrijke toegevoegde waarde aan de binnenlandse welvaart en werkgelegenheid. Datzelfde geldt voor de bouwsector. Het is daarom uitermate belangrijk dat beide sectoren behouden blijven voor Nederland. Sterker nog: duurzaam kunnen groeien. Een transitie naar een toekomst waarin de leveringszekerheid van grondstoffen geborgd is en nieuwe (circulaire) businessmodellen kunnen floreren is onmisbaar een belangrijk middel om deze duurzame groei te bewerkstelligen. Daar komt bij: metalen zijn niet alleen oneindig recyclebaar maar bovendien als geen ander materiaal geschikt om verdere stappen mee te zetten in termen van product- en onderdelenhergebruik. Het adaptief vermogen van metalen gebouwen is enorm. De sector werkt graag met alle beschikbare kennis, kunde en innovatiekracht mee aan de gewenste transitie en vraagt de rijksoverheid daarbij nadrukkelijk om voldoende tijd, financiële middelen en beleidsmatige ondersteuning.