Bel mij terug

Zoek op trefwoord

Filter

Kies een categorie

Innovatiestimulerings regelingen mkb

Innovatie & technologie

In het kort

De overheid biedt een groot aanbod van innovatiestimuleringsregelingen voor het bedrijfsleven. Het doel: een bijdrage leveren aan een innovatieve en concurrerende mkb-maakindustrie in Nederland. Koninklijke Metaalunie is van mening dat beleid – en de daaraan gekoppeld innovatiestimuleringsinstrumenten – goed moeten aansluiten bij de wensen van de mkb-maakindustrie. Voor mkb-maakbedrijven heeft met name de WBSO regeling zijn waarde bewezen. Toch zijn ook veel regelingen (nog steeds) onvoldoende ‘bereikbaar’ voor mkb-maakbedrijven, omdat deze niet goed aansluiten bij de specifieke praktijkwensen van mkb-bedrijven. Zo voorziet geen enkel instrument in het ondersteunen van productie-innovatie van mkb-maakbedrijven. Metaalunie pleit dan ook voor een betere aansluiting van stimuleringsregelingen voor mkb-bedrijven en roept de overheid op haar instrumentarium op het vlak van bereikbaarheid voor het mkb en effectiviteit tegen het licht te houden.

Koester het innovatieklimaat voor mkb 
Nederland staat er qua innovatie nog goed op. De maakindustrie in Nederland presteert sterk, doordat er een basis ligt van techniek gedreven ondernemers met hun flexibele mkb-maakbedrijven. Zonder dat fundament kunnen partijen als ASML en Philips niet adequaat produceren in Nederland. Zaken waar de sector mee speelt, zijn het tekort aan vakmensen en de snelheid van veranderingen op het gebied van productieprocessen. Ontwikkelingen als automatisering en de mogelijkheden die digitalisering kan bieden, kunnen het tekort aan vakmensen wat verlichten. Metaalunie vindt het dan ook noodzakelijk dat innovatiestimulering van het mkb meer verdient. Hiermee kan de Nederlandse maakindustrie (blijvend) concurrerend zijn. 


Stimuleringsinstrumenten sluiten onvoldoende aan bij behoefte mkb
Om de essentiële productie-innovatiestappen te kunnen zetten, hebben mkb-maakbedrijven behoefte aan ondersteuning bij het vernieuwen van hun ‘productie- infrastructuur en werkprocessen.’ Zoals wel vaker bij nieuwe, vooral digitale, technologieën, ontstaat er een reflex om het even aan te kijken totdat de voordelen en toepassingen voldoende zijn uitgekristalliseerd. Op sector schaal blijkt uit onderzoeken dat dit leidt tot een versnellende kopgroep en een afhakend peloton. Dit begint helaas voor de mkb-maakindustrie in zijn geheel tot een strategisch achterstand die steeds moeilijker te over bruggen is. Metaalunie ziet met name bij mkb-bedrijven dat het implementatieproces stagneert na het kennis nemen van de mogelijkheden die er zijn. De mogelijkheden die er zijn, zijn te onoverzichtelijk, te integraal voor het bedrijf en daarmee te omvangrijk om op een éénvoudige wijze tot een begrijpelijk en implementeerbaar plan te komen. De bestaande regelingen komen daarom vaak niet of zeer beperkt bij grote groepen bedrijven terecht. 


WBSO en MIT-regelingen: positief, maar missen focus
Volgens Metaalunie is de WBSO een goede stimuleringsregeling. De WBSO is administratief éénvoudig en biedt als fiscale maatregel op de loonbelasting direct profijt daar waar de kosten voor productinnovatie worden gemaakt. Door de éénvoud en gerichtheid is de WBSO een veel toegepast instrument. De mogelijkheden worden helaas steeds beperkter, omdat productie-innovatie steeds minder, of eigenlijk compleet niet, onder deze regeling valt. Ook de MIT-regelingen zijn er vooral op gericht om slimmere producten te maken en niet om productieprocessen slimmer te maken door bijvoorbeeld digitalisering. 

De bestaande WBSO en MIT instrumenten hebben hun waarde voor mkb-maakbedrijven, maar komen helaas bij een (te) beperkte groep bedrijven terecht. Ook zijn deze regelingen tamelijk generiek terwijl er juist behoefte is aan steun voor de innovatie van het productieproces. Zo is productie-innovatie uitgesloten van de WBSO. Bij de MIT-regeling valt op te merken dat deze te beperkt is qua omvang en voornamelijk gebruikt wordt door het grotere mkb.


Niet stimuleren productie-innovatie gemiste kans
Hoe zorgen we er concreet voor dat innovatie binnen het mkb pragmatisch is en zo optimaal mogelijk gestimuleerd en gefaciliteerd wordt? Het is met name van belang om in beleid niet alleen maar te veel op topsectoren en sleuteltechnologieën te focussen, maar nadrukkelijker ook op het productieproces van het mkb. Bovendien moet verdienkracht en productiviteitsstijging hier veel meer als doelstelling aan verbonden worden, want op dit moment is het ontbreken van enige stimulering van productie-innovatie echt een gemiste kans. De grootste productiviteitswinst voor het mkb is te behalen door verdere digitalisering te stimuleren en te faciliteren. 


‘MKB-Booster’ mogelijke oplossing productie-innovatie
Een mogelijke oplossing ligt in het tijdelijk toevoegen van de zogenaamde MKB-Booster als aanvullend instrument binnen de MIT-regeling. Dit instrument wordt gericht op bedrijven die na het niveau van gebleken interesse in de voor het bedrijf nieuwe technologie zich melden met de vraag: “maar wat betekent dit voor mijn bedrijf en hoe zou ik dat moeten aanpakken?” Het uitgangspunt daarbij is uiteraard wel 'wat kan een onderneming zelf doen en waarbij heeft een onderneming ondersteuning nodig om een schaalsprong te kunnen gaan maken.' Op dat laatste moet een onderneming een beroep kunnen doen op een specifieke regeling van de overheid.


Metaalunie: hou bereikbaarheid en effectiviteit regelingen tegen het licht
De bereikbaarheid en effectiviteit van innovatieregelingen van de overheid voor met name mkb-maakbedrijven – en dan niet alleen het gebrek aan aandacht voor productie-innovatie – baart Metaalunie zorgen. Stimuleringsregelingen zijn nog te vaak te generiek, te complex en daarmee onvoldoende bereikbaar voor het mkb of sluiten onvoldoende aan bij de specifieke praktijkbehoefte van het mkb. Metaalunie pleit er dan ook voor om ‘de menukaart van regelingen’ grondig tegen het licht te houden. Hierbij moet een soort van ‘mkb-toets’ leidend zijn. Een regeling moet voldoen aan de volgende basisregels:

  • eenvoudig aan te vragen door een DGA;
  • de verantwoording moet zo eenvoudig mogelijk met zo min mogelijk administratieve rompslomp kunnen worden ingediend;
  • voorwaarden moeten eenvoudig en scherp zijn geformuleerd;
  • de regeling moet gericht zijn op productiviteitsverbetering door een voor het bedrijf nieuw toe te passen technologie;
  • de tijd tussen de aanvraag en toekenning moet zo kort mogelijk zijn; en
  • een eventuele ranking voor de toekenning moet van onder naar boven gaan. Kleine bedrijven hebben voorrang op grotere bedrijven.