Bel mij terug

Zoek op trefwoord

Filter

Kies een categorie
Interview | 01 sep 2023

MEER AANDACHT VOOR STILLE KAMPIOENEN

Een Leven Lang Ontwikkelen moet volgens VVD-Tweede Kamerlid Thierry Aartsen de norm worden. Hij gaf zelf he t goede voorbeeld door in juni jl. tijdens een werkbezoek aan twee Koninklijke Metaalunieleden het lassen onder de knie te krijgen. Maar om de uitdagingen van MKB-maakbedrijven echt te begrijpen, is meer no dig.

Een Leven Lang Ontwikkelen moet volgens VVD-Tweede Kamerlid Thierry Aartsen de norm worden. Hij gaf zelf het goede voorbeeld door in juni jl. tijdens een werkbezoek aan twee Koninklijke Metaalunieleden het lassen onder de knie te krijgen. Maar om de uitdagingen van MKB-maakbedrijven echt te  begrijpen, is meer nodig. Dan helpt het feit dat hij uit een ondernemersfamilie komt natuurlijk ook. ‘Ik heb behoorlijk veel bedrijven van binnen en van buiten gezien. Dus ook van MKB-maakbedrijven weet ik behoorlijk wat af.’

Om positief te beginnen: Aartsen constateert de laatste jaren een herwaardering van de maakbedrijven: ‘Dat is een mooie ontwikkeling omdat ze eigenlijk de stille kampioenen van Nederland zijn. Het zijn bedrijven gevestigd op industrieterreinen en in gebouwen waar je aan de buitenkant niet kunt zien wat er zich afspeelt. Maar als ik met die ondernemer praat, dan vertellen zij over hun product, bijvoorbeeld een binnenklep van een motor, waar ze wereldwijd marktleider mee zijn. Ze zijn super innovatief en maken machines all over the world die duurzaam en efficiënt zijn. Er werken een heleboel mensen die zo hun hypotheken en huishouding kunnen betalen. Het zijn niet de hippe ondernemers met een Amsterdams accent, een knotje in het haar, die op een dure fiets rondrijden en in de talkshows aan tafel zitten. Die hebben we ook nodig, dat soort knappe koppen en durfallen, maar ik heb juist veel sympathie voor die stille kampioenen. Globalisering en wereldeconomie is fantastisch: maar het is wel verstandig dat we met elkaar blijven nadenken over wat we in Nederland willen en kunnen maken.’

Eén klap op de knop
Dat
MKB-maakbedrijven tegen problemen aanlopen, kan ook Aartsen niet ontkennen. ‘Het is een optelsom van een aantal zaken, een opstapeling van problemen. Er is een grote economische groei geweest met daardoor een enorme vraag. Tegelijkertijd hebben we weinig goed opgeleide mensen die het werk kunnen doen. De personeelskosten gaan, net als de inflatie, omhoog en grondstoffen en energie worden duurder. Dat is heel moeilijk om op te vangen. Daarnaast willen we ook investeren in nieuwe technologieën; in digitalisering, automatisering en verduurzaming. Dat begint nu te knellen.’

Aartsen denkt niet dat met één klap op een knop alle problemen zijn opgelost. ‘Dan was die allang ingedrukt. Maar we kunnen zeker dingen doen. Wat betreft de arbeidsmarktdiscussie zijn twee dingen belangrijk. Een heel belangrijke is dat werken moet lonen. Het moet aantrekkelijker worden om meer te gaan werken en daar moet een prikkel voor komen. We moeten ook nadenken hoe we ons onderwijs inrichten. Je kunt met deze arbeidsmarkt niet meer ‘vrijheid, blijheid’ hebben in het onderwijs. Je zult daar keuzes in moeten maken. Zet zo vroeg mogelijk in op techniek. Kom, naast een vak als cultureel kunstzinnige vorming, ook met een vak techniek. Om mensen zo snel mogelijk in aanraking te laten komen met praktische techniek. En ga daarnaast in het beroepsonderwijs met numerus fixus werken voor een aantal opleidingen waar gewoon beperkt ruimte op de arbeidsmarkt voor is. We moeten niet mensen opleiden voor het UWV, terwijl we aan de andere kant staan te springen om mensen in de techniek.’
 

‹‹ Dat zou de meest idiote
economische maatregel
zijn die er bestaat ››


Naast alle uitdagingen voor ondernemers, signaleert Aartsen ook veel kansen, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid. ‘Ondernemers die een jaar of tien geleden dachten ‘al die groene gekkigheid, laat maar zitten’ zijn nu gemotiveerd en willen investeren in duurzaamheid. Die hebben de knop omgezet en gaan er volle bak voor. Maar dan lopen ze tegen obstakels aan. Als je bijvoorbeeld een elektrische graafmachine wil aanschaffen, dan is die twee keer zo duur als een conventionele diesel. Banken zeggen dan bij het verstrekken van de lening; ‘die diesel graafmachine verschuiht net zoveel zand als die elektrische, dus leg eens uit?’ Dan zeg ik: zorg dat er microleningen komen, bijvoorbeeld voor dit soort kleine investeringen. Die maken mogelijk dat je in bepaalde sectoren een omslag kunt maken. Biedt ondernemers de mogelijkheid om dat te kunnen doen.’


 

Schone politieke beloften
Een ander punt dat duurzaamheid remt, is de netcongestie. Aartsen: ‘Dat moet op orde komen. We zullen ook meters moeten gaan maken door ondernemers onderling te latenkijken hoe je dat slim kunt oplossen. Er zijn genoeg bedrijven op industrieterreinen die veel energie gebruiken en vaak veel warmte hebben die ze kwijt moeten. Daar moet veel slimmer gekeken worden naar hoe je dat kunt combineren. Als we dat nu doen, dan zegt de wet: ho ho, dat mag niet, want dan wordt u misschien energieleverancier.

Precies dat soort wetten en regels is een mooi bruggetje naar regeldruk. Al jarenlang onderwerp van schone, politieke belohten, maar nog steeds ergernis nummer 1 bij ondernemers. ‘De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen. Dat zien we bij de regeldrukaanpak. Allerbelangrijkste is politieke prioriteit. Dat houdt in dat er continu aandacht is voor regeldruk en het wordt neergelegd bij de minister die er ook echt tijd voor heeht en energie in steekt. Regelen wetgeving moet vanuit het perspectief van de ondernemer zijn. Dat betekent ook dat de vrijblijvendheid van de MKB-toets verdwijnt, die moet wat ons betreht verplicht worden.’

Hippe start-up
Metaalunie heeht meerdere malen, tevergeefs, aan de politiek gevraagd om een extra impuls voor productie-innovatie. ‘Dit gaat dus om de manier waarop we naar bedrijven kijken, zoals ik eerder zei’, reageert Aartsen. ‘De focus ligt teveel op die hippe start-up. Het gaat ook om die ondernemer die een slim onderdeel maakt voor een machine. Daar moeten we meer in investeren. Een blinde vlek in ons innovatiebeleid is dat er niet gezien wordt dat als je slimmer, goedkoper, sneller en geautomatiseerd produceert, je met dezelfde hoeveelheid mensen, meer kunt doen. Dat is goed voor het verdienvermogen in Nederland. Het is een omslag in denken: innovatie is niet alleen een product bedenken. Het is ook ‘hoe kan het beter?’ Want heel eerlijk; de lonen gaan niet dalen, dus daar moeten we het internationaal gezien niet van hebben. Het is ook onaannemelijk dat wij 60 of 70 uur gaan werken per week. En er zijn geen1 miljoen mensen die, zoals in Azië, al het werk gaan doen. Wij moeten het hebben van slimmer en efficiënter produceren. Met hetzelfde aantal mensen dezelfde hoeveelheid welvaart en verdienvermogen bij elkaar schrapen.’

Slachting aanrichten
De
VVD schrijht in haar verkiezingsprogramma dat het tegen afschaffing van de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) is. Voor Aartsen een uitgemaakte zaak. ‘De BOR is belangrijk omdat je de belastingdienst niet met machines, vrachtwagens en bakstenen betaalt, maar gewoon met euro’s. Dan is het heel gek om over diezelfde machines, vrachtwagens en bakstenen belasting te betalen als je je bedrijf op een nette manier wil overdragen. Dat zou betekenen dat de facto mensen hun productiemiddelen moeten verkopen. Bizar: dat zou de meest idiote economische maatregel zijn die er bestaat. Familiebedrijven zijn van cruciaal belang voor onze economie.Excessen moet je aanpakken. Maar als je een slachting wil aanrichten onder de familiebedrijven, moet je de BOR afschaffen.’

Dan tot slot het Leven Lang Ontwikkelen, de norm volgens Aartsen. ‘Daar moeten we het van hebben. Het is een belangrijke keuze in ons verkiezingsprogramma dat vol inzet op on- derwijs en ontwikkeling. We moeten scherpe keuzes durven te maken en dit is er een van. De tijd van ‘je doet een opleiding en daarmee kun je het 40 jaar uitzingen’, werkt niet meer. Daar moeten we stappen in zetten, want dat is het verdienvermogen van onze economie’.

Ook interessant