De modulaire scheidingswand bestaat al zo’n zestig jaar. Sepawand in Nijverdal was een van de eerste bedrijven op de Nederlandse markt met dit product. Anno 2024 staat de scheidingswand misschien wel voor een heuse revival. Het modulaire van toen is nu steeds vaker ook modieus circulair. ‘Niet alle bedrijven in onze branche denken zo, maar ik denk dat circulariteit meer is dan een hype’, zegt Fred Mak, eigenaar van Sepawand.

Bij de entree van Sepawand staan twee “uilen”. Gekregen in 2019 en 2023 van klant UWV. Toegekend aan Sepawand als de meest impact­ volle leverancier van de uitvoeringsorganisatie. Sepawand is al jaren hofleverancier van het UWV. Mak: ‘We hebben pas nog weer de aan­ besteding gewonnen voor vier jaar. En zeker niet omdat we de goedkoopste zijn. Wel omdat we volop bezig zijn met recyclen, circulair produceren, statushouders helpen, taallessen geven en een goed milieuverhaal hebben. Daar scoor je ook punten mee in een aanbesteding.’

Metal stud versus verplaatsbare systeemwand
Dichte wanden, glaswanden, kozijnen en deuren, prefab voorbereid in de eigen werk­ plaats. Al sinds begin jaren ’70 maakt Sepawand wanden die demontabel en verplaatsbaar zijn. Toch worden er nog steeds veel zogenaamde metal stud­wanden geplaatst: een niet­ dragende binnenwand die opgebouwd is uit metalen profielen, met gipsplaten ertegenaan geschroefd. Deze worden afgewerkt door een stukadoor en schilder. Het grote nadeel is dat ze daarna niet eenvoudig te demonteren zijn en dus bij het bouw­ en sloopafval terechtkomen.
Het voordeel van verplaatsbare systeemwan­ den is dat je deze altijd weer kunt verplaatsen. Mak (ooit begonnen bij Sepawand als mon­ teur): ‘We hebben de trend van de kantoortuin gezien, maar zelfs daar zie je dat bedrijven altijd weer ruimtes zoeken om te vergaderen, te bellen of rustig te werken. Scheidingswanden zijn nog altijd een belangrijk onderdeel van een inrichting. Jammer dat veel aannemers en projectontwikkelaars bij nieuwbouw nog steeds metal stud­wanden inbouwen en als de ruimtes verhuurd worden, deze wanden er vaak weer uitgaan omdat ze niet passen bij de organisatie. Ze zouden beter open ruimtes af kunnen leveren en vervolgens met scheidings­ wanden inrichten.’

Circulair
‘Een scheidingswand is eigenlijk niet zo’n spannend product’, vertelt Mak. ‘Best saai en een beetje oubollig zelfs. Echt geen rocket science.’ En toch is Sepawand weer iets span­ nends aan het maken van de “oude” scheidings­ wand. Mak: ‘We kunnen vrijwel alles van een wand hergebruiken. Zelfs gipsplaten halen we terug en snijden die weer op maat voor een nieuw project. Wat ooit begon als modulair is nu gewoon circulair.’ Sepawand haalt bijvoor­ beeld wanden bij klanten als UWV en Schiphol weer terug als ruimtes opnieuw worden inge­ richt en zet ze elders weer neer. Mak: ‘Maar we halen tegenwoordig ook wel bij derden wanden weg en gebruiken het materiaal voor nieuwe wanden. Ik weet dat niet iedereen in onze branche er zo over denkt. Weghalen en recyclen kost meer dan het “in de afvalbak” gooien, is dan het argument. Ik denk dat in de huidige tijd steeds meer vraag komt naar een herbruikbaar product.’ Sepawand zet nu bijvoorbeeld status­ houders in om oude frames uit elkaar te halen. Deze medewerkers worden intern opgeleid, zodat ze elders aan het werk kunnen.

Mak: ‘Circulair werken is nu nog niet kosten­ dekkend, maar ik sluit niet uit dat onze branche over tien jaar geheel circulair kan zijn. Kijk naar ABN AMRO en Albert Heijn die al CO2­afspra­ ken maken. Kijk naar het UWV dat ons kiest op basis van circulariteit en niet alleen op basis van prijs.’ Bij Sepawand is bijna alles circulair. Zelfs de interne “bruine kroeg”, die is ontmanteld uit een oud café dat stopte.

‹‹ Ik heb hier met
een soort leeftijdskloof
te maken ››

‘Ik mis een generatie’
|Maakt dat Sepawand al uniek in de branche, dat geldt ook voor een andere toepassing. Mak: ‘We hebben een inkjet­printer die op gladde wanden afbeeldingen maakt. Een mooie foto van een landschap, deuren in het toilet voorzien van emblemen… We hebben ook wanden die als whiteboard te gebruiken zijn.’ De markt van scheidingswanden is goed, zegt Mak, die ook voorzitter is van de branchever­eniging NEBIFA. Al heeft hij wel een zorg: ‘Ik heb hier met een soort leeftijdskloof te maken. Er werken relatief veel 55­-plussers die het vak goed beheersen. Maar jongeren staan niet te springen. We hebben wel wat jonge instromers, maar er is eigenlijk een gat tussen jong en oud. Ik mis een generatie. Wat je ziet, is dat als iemand iets kan met zijn handen, diegene snel eigen baas wordt. En als ik die zzp’er voor langere tijd inhuur, kan de fiscus dit zien als verkapt dienstverband en mij verplich­ten alsnog sociale premies af te dragen.’

Nederlandse vereniging van Binnenwandsysteem Fabrikanten (NEBIFA)
De leden van de Nederlandse vereniging van Binnenwandsysteem Fabrikanten (NEBIFA) houden zich bezig met het produceren, leveren en plaatsen van binnenwandsystemen. De NEBIFA heeft elf leden die door Koninklijke Metaalunie worden ondersteund. In totaal zijn er zo’n vijftien grote Nederlandse spelers in deze markt. Een aantal produceert én monteert. Een aantal produceert alleen. Niet elk NEBIFA­lid gelooft in circulair denken.

Branchemanager Miko Wijnands: ‘Ik snap dat ook wel. Het is best lastig om nu nog voor circulair werken (alles ophalen en weer hergebruiken ­ red.) een sluitend businessmodel te maken. Toch geloof ik wel dat circulariteit de weg naar de toekomst is. De overheid en grote bedrijven hebben zich als doel gesteld in 2050 honderd procent circulair in te kopen. In 2030 moet dat vijftig procent zijn. Grote bedrijven vragen inmiddels ook expliciet in aanbestedingen naar hoe milieu gespaard kan worden.

Ik zie dat ook bij een andere branche waarin ik actief ben voor Metaalunie: het straatmeubilair. Steeds meer gemeenten willen niet dat oude spullen zomaar de afvalbak ingaan.’ Hij ziet goede kansen voor de scheidingswandensector, maar: ‘Ze zullen zich wel moeten promoten. Laten zien dat het modulaire van vroeger het nieuwe circulair is. Het product leent zich er prima voor.’ Een andere uitdaging zit in arbeid. Wijnands: ‘Ik zie nog niet zo snel een robot in een kantoor een scheidingswand demonteren. Dat blijft vakmanschap en handwerk.

Sommige producties kun je automatiseren, veel niet. Daar ligt wel een uitdaging voor de branche.’ Overall ziet hij meer positieve kanten. ‘Als je ziet dat we meer thuiswerken en er minder kantoorruimte nodig is, kun je met de scheidingswanden die vrijkomen voorzien in een grote behoefte. Ik ben het eens met Mak dat circulariteit meer is dan een hype.’ Ook zal de branche moeten kijken naar zaken als (brand)veiligheid. ‘Daarom is het zo goed dat de NEBIFA er is. Dit soort vraagstukken kunnen we samen oppakken.’