Bel mij terug

Zoek op trefwoord

Filter

Kies een categorie
Interview | 01 nov 2023

BIJSCHOLING ESSENTIEEL VOOR MAAKBEDRIJVEN

Voor Tweede Kamerlid Lisa Westerveld (GroenLinks-PvdA) zijn beroepsonderwijs, techniek en MKB-maakbedrijven belangrijke thema's: ‘Mijn vader is altijd aan het prutsen en dingen aan het maken in zijn schuur. Hij zegt vaak tegen mij: ‘Wat is nu mooier dan van losse onderdelen dingen te maken waar mensen iets aan hebben’.

Het is een drukke dag voor GroenLinks Tweede Kamerlid Lisa Westerveld. Het interview vindt midden in de hectiek van de verkiezingscampagnes plaats. Ze reist vandaag van Nijmegen naar Elburg en vervolgens naar Zwolle, voordat ze zich haast naar Den Haag en weer terug naar Nijmegen, waar ze haar dag eindigt. Ondanks de drukte, is haar enthousiasme voor onderwijs en techniek onmiskenbaar aanwezig bij elke afspraak die ze heeft. Terwijl ze neerploft in een stoel, deelt ze enthousiast een ervaring van eerder die dag: een interview voor Omroep Gelderland in een technieklokaal van een vmbo-school, waar basisschoolleerlingen kennismaken met spannende technische snufjes.

Het is duidelijk dat voor Lisa beroepsonderwijs, techniek en MKB-maakbedrijven belangrijke thema's zijn. ‘Mijn vader is altijd aan het prutsen en dingen aan het maken in zijn schuur. Hij zegt vaak tegen mij: ‘Wat is nu mooier dan van losse onderdelen dingen te maken waar mensen iets aan hebben’. Hij snapte er ook helemaal niets van toen ik filosofie ging studeren. Hij had zoiets van ‘de hele familie is allemaal dingen aan het maken en jij gaat iets heel anders doen?’ Maken is mooi is haar motto. Daarom vindt ze het belangrijk dat er geïn vesteerd wordt in het beroepsonderwijs ten gunste van de maakindustrie. ‘Het is belangrijk dat wij een nieuwe generatie jonge mensen en- thousiasmeren om mooie producten te maken’, benadrukt ze. En, met een ‘groene glimlach’: ‘Daarnaast vinden we dat de hele Nederlandse industrie een stuk duurzamer kan worden.’

Lisa is van mening dat er in opleidingen meer aandacht moet komen voor duurzaamheid. ‘Een aantal opleidingen is er al goed mee bezig’, vindt ze. ‘Maar in vergelijking met bijvoorbeeld Duitsland zie ik dat daar in het vervolgonderwijs meer aandacht is voor duurzaamheid. Nederland mist dat eigenlijk al in het basis- en voortgezet onderwijs. Er zijn weinig vakken die leerlingen interesseren voor bijvoorbeeld techniek en duurzaamheid. Dat zou beter kun- nen. Als je het onderwijs op een andere manier gaat inrichten, laat er dan ook meer aandacht komen voor duurzaamheid.’

‘Bedrijven moeten uiteindelijk verduurza- men. Dat is een grote uitdaging, waar een kostenplaatje aan zit waarvan we vinden dat een bedrijf dat niet allemaal hoeft door te rekenen, dat maakt verduurzaming erg duur. GroenLinks/PvdA wil dat er een innovatiefonds komt dat specifiek gericht is op dit onderwerp. Daar zou de overheid een grote rol in moeten spelen: het is wel iets dat we met elkaar moeten doen. Daarnaast moet je duurzaamheid vertalen in opleidingen. Maar de overheid gaat niet over het curriculum van vervolgopleidingen: dat is iets waar opleidingsinstituten zelf over gaan. Het liefst met bedrijven uit de regio die natuurlijk het beste weten welke kennis afgestudeerden moeten hebben.’

Volgens Lisa wordt er vaak naar het mbo ge- keken met een verkeerde insteek. ‘Het is alsof je beroepsonderwijs moet gaan volgen om daarna een bepaald beroep te kunnen uitoefenen’, vindt ze. ‘Je zou beroepsonderwijs vooral moeten volgen omdat je daarmee ook in jezelf investeert en ontdekt wat je wil. In Nederland gaan steeds meer jongeren naar een hogeschool of universiteit. Ik heb ooit tegen de toenmalige minister gezegd dat we af moeten van de term ‘hoger opgeleid’. Het suggereert dat je met een universitair diploma meer waard bent. Van dat waardeoordeel moeten we af. Veel jongeren gaan naar een hogeschool of universiteit, terwijl ze zich er niet thuis voelen en beter op hun plek zijn in het beroepsonderwijs. Nog afgezien van het feit dat we lang niet iedereen nodig hebben met een universitaire opleiding.’
 

‹‹ Het is belangrijk dat wij
een nieuwe generatie jonge m
ensen enthousiasmeren ››


Volgens haar moet er meer nadruk komen op kansen in de brede zin van het woord. ‘We weten dat je met een universitaire graad over het algemeen meer verdient, de rest van je leven meer kansen hebt en jezelf verder kunt ontwikkelen. Volgens mij zit daar een groot probleem. We moeten ervoor zorgen dat je ook met een beroepsopleiding jezelf een leven lang verder kunt ontwikkelen. Statusverhoging van een technisch beroep klinkt leuk, maar als het daarbij blijht schiet je er niets mee op. Het moet concreet worden: je moet het terugzien in je portemonnee, in de kansen die je hebt op de arbeidsmarkt en in je mogelijkheden om een huis te kunnen kopen.’

Ze benadrukt dat regionaal onderwijs het beste werkt. ‘Het Graafschap College in Doetinchem werkt bijvoorbeeld fantastisch samen met een aantal bedrijven uit de regio. Die bedrijven weten het beste waar behoehte aan is en jongeren volgen er graag onderwijs. Ik kom zelf uit de Achterhoek en ik weet hoe belangrijk het is als er banen zijn in een plattelandsregio. Het platteland moet leefbaar blijven. Nieuwe gezinnen moeten zich er vestigen en werk vinden. Door het woning- tekort in de grote steden is de leefbaarheid van het platteland belangrijk. Maar die staat wel onder druk. Je hebt daarom andere banen nodig dan alleen in de agrarische sector. Juist in de grensregio’s wordt goed samengewerkt tussen verschillende bedrijven uit Nederland en Duitsland. Die kracht moeten we blijven benutten.’
 


Om- en bijscholing zijn volgens haar essentiële onderwerpen voor maakbedrijven. Lisa zegt: ‘De maakindustrie verandert en beroepsopleidingen zijn vaak gericht op een bepaald beroep waarvoor je bepaalde vaardigheden leert. De vakmensen zitten er niet op te wachten dat ze na een aantal jaren hun baan verliezen omdat bepaalde vaardigheden die zij hebben geleerd niet meer relevant zijn. Het bij- en omscholen is momenteel toegankelijker voor mensen met een academische opleiding, terwijl juist de beroepsgerichte opleidingen te maken hebben met de enorme uitdaging van verduurzaming. Mensen moeten zich ook op latere leehtijd kunnen omscholen. Daar ligt een grote uitdaging. In de Tweede Kamer hebben we vragen gesteld over hoe we ervoor kunnen zorgen dat bijscholing toegankelijk blijft voor mensen die in de maakindustrie werken.’

Om bijscholing toegankelijker te maken, vindt ze dat het niet alleen op kosten van de werkgever moet gebeuren. ‘De overheid zou daar een bijdrage aan moeten leveren. Ik begrijp dat een kleine ondernemer chagrijnig wordt als zijn werknemers zich moeten omscholen om bijvoorbeeld te kunnen verduurzamen, maar de rekening van die omscholing mag niet eenzijdig bij hem terechtkomen.’ Tot slot heeht haar verhaal raakvlakken met een ander deel van haar portefeuille, namelijk mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. ‘Er zijn veel voorbeelden van innovatieve bedrijven die ervoor zorgen dat schoolverlaters weer plezier krijgen in werken en dingen leren. Het is mooi dat kleine maakbedrijven mensen met een beperking of onderwijsuitvallers helpen en er alles aan doen om iedereen in het bedrijf mee te laten komen. Juist als je verschillend bent, leer je veel van en over elkaar. Dat is wel het mooie van MKB-maakbedrijven: die hebben veel medewerkers met verschillende achtergronden in dienst.'

Ook interessant