De NEVI Inkoopmanagersindex is verder gedaald, van 44,9 in april naar 44,2 in mei. Dat is de laagste stand sinds drie jaar, net na het uitbreken van de coronapandemie. Het aantal nieuwe orders daalde snel. De industrie voelt de trage economische groei die wordt veroorzaakt door de snel gestegen rente en de hoge inflatie. Ondernemingen zijn nog steeds voorraden aan het afbouwen, omdat toeleveringsketens weer functioneren, financieringskosten zijn gestegen en de vraag zwak is. Vanwege de zwakke vraag verlagen ondernemingen ook de productie.
De afbouw van voorraden duurt langer dan verwacht. Het is aannemelijk dat overtollige voorraden inmiddels bijna zijn weggewerkt, wat na de zomer zou kunnen leiden tot aantrekkende vraag. Anderzijds zal de hogere rente leiden tot een lagere vraag naar bouwmaterialen. Vanwege hogere financieringslasten zal de bouw van woningen in de tweede helft van dit jaar dalen.
Recessie in Duitsland
De zwakke vraag naar industriële producten is deels het gevolg van de sterke prijsstijgingen sinds eind 2021. Het goede nieuws is dat inmiddels niet alleen de afzetprijzen dalen, maar – vooral als gevolg van lagere energieprijzen – ook de inkoopkosten. Toch staat de gasprijs in Europa nog ongeveer twee keer zo hoog als twee jaar geleden. Dit maakt het voor energie-intensieve industrieën in Europa moeilijk om met bedrijven uit andere delen van de wereld te concurreren. De economie van Duitsland zit zelfs in een recessie. Dit is een probleem voor de Nederlandse industrie, omdat Duitsland de belangrijkste exportmarkt is.
De vraag kan wat verbeteren wanneer alle overtollige voorraden zijn afgebouwd. ABN AMRO bank verwacht echter geen sterk herstel zolang andere economische ontwikkelingen nog tegenzitten. De centrale banken hebben de rente nu een aantal keren verhoogd om de inflatie te beteugelen. ABN AMRO verwacht de eerste renteverlaging niet eerder dan tegen het eind van 2023, met als gevolg dat dit jaar lastig zal blijven voor de industrie.